Zwartspelers moeten zich vaak grote inspanningen getroosten om scherp spel op het bord te houden in de Bronstringhekstelling. Een aardige methode om de stukken op hte bord te houden is het vroegtijdig opspelen van schijf 16 naar 21. Deze variant ontstaat als zwart in plaats van het voor de hand liggende 10...5-10 de zet 10...16-21 speelt. Nog steeds verdient de witte stelling de voorkeur, maar hij dient wel doortastend op te treden om het zo te houden (29-23). Een bijna ongelooflijke variatie aan speelbare voortzettingen blijkt aanwezig te zijn in diagram 1. De merkwaardige ruil 11.28-23 19x28 12.33x22 24x33 13.38x29 is genomen in de partij:

 

Azimullah - Luteijn,F. ZHOZ-ch sf, 24-02-1980
11.28-23 19x28 12.33x22 24x33 13.38x29 11-16 14.31-27 5-10 15.43-38 10-15 16.49-43 14-19 17.38-33 12-18 18.43-38 7-12 19.33-28 20-24 20.29x20 25x14 21.22-17 4-10 22.37-31 26x37 23.17x26 37-41 24.36-31 41-46 25.47-41 46x37 26.32x41 =

 

Ook 11.31-27 11-16 12.28-23 19x28 13.33x22 24x33 14.39x28 blijkt speelbaar, omdat de damzet 25-30, 14-20 en 13-18x50 materieel gezien gelijk blijft na 38-33. Positioneel gezien schieten natuurlijk de tranen in de ogen. Ondanks weinig successen staat zwart na deze ruilactie uitstekend. De strijd moet beslist worden op de lange vleugel. Versterking van deze vleugel met 13-19, 8-13 ligt voor de hand. Er zijn 5 voorbeelden. In geen van deze kwam het zwarte spel erg goed uit de verf. Geen vetpot was:

 

Adema,J. - Elenbaas,H. NLD-chT 1b, 15-10-1994
11.31-27 11-16 12.28-23 19x28 13.33x22 24x33 14.39x28 6-11 15.44-39 5-10 16.38-33 12-18 17.42-38 14-19 18.49-44 7-12 19.34-30 25x34 20.40x29 20-25 21.29-24 19x30 22.35x24 9-14 23.37-31 26x37 24.32x41 21x23 25.24-20 18x27 26.20x29

 

Meerdere spelers hebben 11.28-23 19x28 12.32x23 gespeeld. Een mogelijk bezwaar van het voor de handliggende 12...5-10 is de afwikkeling 13.33-28, 23-18, 34-30x16. Wit heeft wat centrum overwicht in ruil voor de randschijf. Waarschijnlijk doet zwart er goed aan de ruil toe te laten. Meerdere zwartspelers hadden daarna succes met het klassiek maken van de stelling. Na 12...13-19 13.38-32 19x28 14.32x23 5-10 zit de ruil naar 16 er nog steeds in, terwijl wit tevens beschikt over het kansrijke 15.47-41 en 31-27x27. Succesvol was Jan Weerheijm:

 

Dijk,van,M. - Weerheijm,J. NLD-chT h2, 02-10-1976
11.28-23 19x28 12.32x23 5-10 13.33-28 24x22 14.23-18 12x23 15.34-30 25x34 16.40x16 14-19 17.39-33 10-14 18.44-39 8-12 19.33-28 20-24 20.38-33 12-18 21.42-38 18-23 22.38-32 2-8 23.43-38 8-12 24.47-42 4-10 25.31-27 11-17 26.27-22 6-11 27.36-31 10-15 28.31-27 12-18 29.49-43 14-20 30.39-34 24-29 31.33x24 20x40 32.35x44 17-21 33.37-31 26x37 34.32x41 21x32 35.28x37 18x27 X.
 

Andere spelers hebben het met 12-18x17 of 13-19 (38-32x23) 12-18x17 geprobeerd. Geen van hen kwam tot een kansrijke hekstelling. Wit kan consequent verder spelen of de ruil naar 15 voorbereiden. Steeds is het centrumoverwicht van grote betekenis.

 

Wemer,F. - Spijkstra,A. NLD-chT ereklasse, 08-09-1973
11.28-23 19x28 12.32x23 13-19 13.38-32 19x28 14.32x23 12-18 15.23x12 8x17 16.43-38 11-16 17.49-43 7-11 18.38-32 2-7 19.42-38 17-22 20.48-42 21-27 21.32x21 26x17 22.31-27 22x31 23.36x27 14-19 24.38-32 17-22 25.27x18 25-30 26.34x23 16-21 27.29x20 21-27 28.32x21 11-17 29.21x12 9-13 30.18x9 7x49 31.20-14 4x13 32.35-30 49-16 33.30-25 16-7 34.39-33 7-11 35.14-10 11x50 36.10-4 13-19 37.4-36 50-11 38.40-34 11-2 39.25-20 6-11 =

 

Boven,van,J. - Sonderen,van,E. NLD-ch rayon1, 22-04-1976
11.28-23 19x28 12.32x23 12-18 13.23x12 8x17 14.38-32 13-18 15.43-38 5-10 16.49-43 11-16 17.35-30 24x35 18.29-23 18x29 19.33x15 7-12 20.38-33 12-18 21.33-28 1-7 22.43-38 7-12 23.39-33 14-19 24.34-29 9-13 25.44-39 35x44 26.39x50 10-14 27.31-27 3-9 28.50-44 6-11 29.44-40 2-7 30.29-24 19x30 31.28-23 18x29 32.33x35 12-18 33.38-33 17-22 34.36-31 7-12 35.42-38 22-28 36.33x22 12-17 37.40-34 17x28 38.32x12 21x41 39.47x36 26x37 en later wist wit zelfs nog te winnen.

Een volgend wat minder courant plan is de bezetting van de kerkhof via 11.31-27 11-16 12.27-22. Een probleem voor zwart is, dat na 12...5-10 13.37-31 26x37 14.32x41 21-26 15.41-37 7-11 16.37-31 26x37 17.42x31 de controle over veld 26 verloren gaat. Het dichtst in de buurt van succes was Foerman:

 

Berends,G. - Foerman,A. Moscow-Huissen, 22-08-1989
11.31-27 11-16 12.27-22 5-10 13.37-31 26x37 14.32x41 21-26 15.41-37 10-15 16.37-31 26x37 17.42x31 12-18 18.48-42 18x27 19.31x22 8-12 20.38-32 7-11 21.43-38 12-17 22.42-37 3-8 23.36-31 8-12 24.49-43 1-7 25.32-27 17-21 26.38-32 21-26 27.43-38 13-18 28.22x13 19x8 29.28-23 11-17 30.32-28 9-13 31.27-22 4-9 32.22x11 6x17 33.38-32 17-22 34.28x17 12x21 35.47-42 8-12 36.23-19 14x23 37.29x18 12x23 38.33-29 24x33 39.39x8 2x13 40.32-28 7-12 41.35-30 13-18 42.42-38 9-14 43.37-32 26x37 44.32x41 14-19 45.38-32 20-24 46.40-35 21-26 47.41-37 16-21 48.37-31 26x37 49.32x41 21-26 50.44-40 26-31 51.28-23 19x28 52.30x19 31-36 53.41-37 28-32 54.37x28 36-41 55.28-23 18x29 56.34x23 41-46 57.35-30 25x34 58.40x29 46-32 59.29-24 =